Kennis & Innovatie op De Marke

Met kennis en innovatie wil De Marke bijdragen aan een toekomstbestendige agrarische sector. Daarbij verlegt het innovatiecentrum de focus van het individuele bedrijf naar het gebiedsniveau. Denk aan doelen op het gebied van waterkwaliteit en -kwantiteit, luchtkwaliteit (stikstof- en broeikasgassen), bodemkwaliteit en biodiversiteit.
Naast het eigen onderzoek dat hier vanuit Wageningen University & Research wordt gedaan, begeleidt De Marke ook agrarische bedrijven in de regio. Via initiatieven als Koeien & Kansen, Netwerk Praktijkbedrijven en de Vereniging Vruchtbare Kringloop Oost (VK-Oost) kunnen gegevens en ervaringen makkelijk worden vergeleken en van elkaar geleerd worden. We werken nauw samen met andere onderzoeks- en opleidingsinstituten.
Broedplaats voor innovatie
De Marke is lanceerplatform voor nieuwe bedrijvigheid en innovatiebroedplaats voor vernieuwing van de landbouw. Zo kunnen mooie stappen worden gezet in het belang van een duurzame toekomst van de melkveehouderij op zandgrond. Zoeken naar innovatieve praktijkoplossingen doe je nooit alleen. Heeft u een goed idee en wilt u het uittesten in de praktijk?
Vier programmalijnen van De Marke
1. De kringloop op De Marke
Agro-innovatiecentrum De Marke onderzoekt hoe de mineralenkringloop op melkveebedrijven zo goed mogelijk kan worden gesloten. Het doel: de milieu-impact verkleinen met minder kunstmest en krachtvoer, en stikstof- en fosfaatverliezen op zandgronden beperken. Dit uit zich voornamelijk in het dagelijkse management van de boerderij.
De mineralenhuishouding staat al meer dan 30 jaar centraal op De Marke. Mineralen komen binnen via krachtvoer en kunstmest en verlaten het bedrijf voornamelijk via melk. Om dit goed te volgen worden productstromen gewogen en bemonsterd, en worden verliezen naar bodem, water en lucht nauwkeurig gemeten, met behulp van sensoren en monsternames. Dankzij deze informatie, wordt de mineralenbalans berekend op verschillende niveaus, zoals dier, gewas, perceel en bedrijfsniveau. Zo ontstaat inzicht in hoe mineralen beter benut kunnen worden. De resultaten worden overzichtelijk weergegeven met de KringloopWijzer.
Een aantal praktische voorbeelden waar op De Marke rekening mee wordt gehouden zijn: goed vloermanagement, doordacht bemestingsplan, passend teeltplan en uitgebalanceerd rantsoen.

Innovatie: Continue monitoring van ammoniakemissie
In systeemonderzoek is continue dataverzameling, data-integratie en -interpretatie steeds belangrijker. Op De Marke is de emissie van ammoniak een belangrijke KPI en worden managementmaatregelen ontwikkeld en geïmplementeerd om hier actief op te sturen. De emissiefactor voor het stal- en vloertype van De Marke bedraagt 11,8 kg ammoniak per dierplaats per jaar. De emissie die daadwerkelijk wordt gerealiseerd is fors lager. In de afgelopen vijf jaar zijn reducerende maatregelen ontwikkeld en onderzocht en direct geïmplementeerd in de melkveestal. In 2024 was ons jaargemiddelde stalemissie “slechts” 5,0 kg ammoniak per dierplaats.
Geïmplementeerde maatregelen hebben onder meer betrekking op: optimalisatie van het rantsoen (lager eiwitgehalte in de voeding), vloerreiniging met een automatische schuif, gebruik van een waterdruppelinstallatie (om de vloer nog schoner te krijgen, het stikstofgehalte van mest te verdunnen en vorming van een “mestfilm” op de vloer tegengaan), weidegang en het afstemmen van ventilatie op seizoens- en weersinvloeden.
Ammoniak emissiereductie wordt op De Marke samen onderzocht met andere belangrijke doelen zoals op methaanemissie, diergezondheid en dierenwelzijn en economisch rendement.
2. Natuuronderzoek op De Marke
Agro-innovatiecentrum De Marke zoekt naar manieren waarop landbouw en natuur elkaar versterken. We kijken naar thema’s als biodiversiteit, bodem, water, lucht en landschap. Het doel: een landbouw die in balans is met de natuur, oftewel natuurinclusieve landbouw.
Een voorbeeld hiervan is de Houtwal 2.0, die begin 2024 is aangelegd. Daarnaast zetten we kruidenrijk grasland in, dat de biodiversiteit vergroot én de behoefte aan kunstmest verlaagt.
De Marke draagt ook bij aan natuurbeleving. Zo is er een wandelpad van 5,5 km langs sloten, poelen, heggen, houtwallen en akkerranden. Deze groene en blauwe structuren versterken de ecologische diversiteit en verhogen de kwaliteit van het landschap.

Innovatie: Houtwal 2.0
Sinds het ontstaan van de landbouw maken bomen en struiken een integraal onderdeel uit van het boerenbedrijf, zeker in de Achterhoek. Geriefhoutbosjes en andere beplantingsvormen met hakhout dienden om stook- en geriefhout te leveren voor de verkoop of voor dagelijks gebruik op de boerderij. Voor de komst van het prikkeldraad hadden houtwallen en heggen in de veehouderij tevens een functie als erfafscheiding en veekering.
In 2024 is de Houtwal 2.0 aangelegd bij Agro-innovatiecentrum De Marke en bij twee melkveehouders in de Achterhoek. In het project Houtwal 2.0 wordt onderzocht hoe landschapselementen zo te situeren en vorm te geven, dat ze naast het verhogen en verbinden van biodiversiteit op het bedrijf en de omgeving, ook functionele waarden hebben voor de bedrijfsvoering van een melkveehouderij. Dat kan zijn op het vlak van veevoeding en dierenwelzijn, maar ook milieukwaliteit en klimaat. Binnen het project zijn meerdere varianten ontwikkeld en getest. In de vervolgfase wordt gekeken hoe de beplanting aanslaat en worden adviezen opgesteld voor optimaal gebruik en beheer van voederhagen door melkveehouders.
Zo krijgt een eeuwenoude traditie een moderne invulling en wordt bijgedragen aan een duurzame toekomst voor landbouw én landschap.

3. Klimaatonderzoek op De Marke
We kijken naar klimaatadaptatie en -mitigatie. Hier is niet alleen het verlagen van de emissie van broeikasgassen, maar ook aanpassen aan klimaatverandering. Zo worden er andere - vernieuwende - gewassen geprobeerd, die beter geschikt zijn voor het warmer wordende klimaat, of gewassen die helpen bij koolstofvastlegging in de bodem.
Om emissies te verlagen, wordt onder andere water gedruppeld op de vloer, loopt de mestschuif ieder uur en wordt gekeken naar de ideale weersomstandigheden om mest toe te dienen aan het land. Het rantsoen van de koeien bevat een lage hoeveelheid ruw eiwit, dit zorgt voor een lagere ammoniakemissie en vermindert de nitraatuitspoeling bij beweiding. Met behulp van zogenaamde ‘meetweken’, wordt iedere week gekeken naar de voeropname, -efficiëntie en uitstoot van de koeien, zodat tijdig kan worden ingegrepen.
Om aan te passen aan klimaatverandering worden er verschillende innovatieve adaptatie maatregelen getest. Een voorbeeld hiervan zijn droogteresistente graskruidenmengsels en gewassen. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar het aanbrengen van klei op zandgrond in gras- en bouwland, om langdurige effecten op bodemstructuur, vochtbergend vermogen en bewortelbare zone te onderzoeken.

Innovatie: Co-creatie biobased vergaderpaviljoen 2.0
In de regio Achterhoek was de behoefte om te starten met een biobased bouwketen van boer tot bouwer. Agro-innovatiecentrum De Marke vindt het belangrijk om samen te werken in dit soort initiatieven en er was behoefte aan meer ontmoetingsruimte op De Marke. Op vrijdag 21 juni 2024 is het Biobased Vergaderpaviljoen 2.0 op Agro-innovatiecentrum De Marke officieel geopend. Een vrijstaande vergaderruimte voor circa 10 personen die nagenoeg 100% biobased en volledig klimaatpositief is. In het gebouw is circa 0.9 hectare aan gewassen uit de Achterhoek verwerkt waarmee 9 ton CO2 opslag wordt gerealiseerd.
Aan de realisatie van dit paviljoen hebben meer dan 60 partijen samengewerkt, van boer tot bouwer. Samen aan de slag, ontwikkelen en leren! Dit noemen we “Vernieuwend Naoberschap”: het benutten van de regionale cultuur en traditie in combinatie met vernieuwingsdrang om zo samen de toekomst te ontdekken. Een sterke combinatie!
Het paviljoen is daarmee een startpunt en voorbeeld om te komen tot de opschaling naar een succesvolle biobased klimaatpositieve bouwketen. Het resultaat is een unieke samenwerking tussen Agro-innovatiecentrum De Marke (locatie), Van Campen Bouwgroep BV (eigenaar van het gebouw), De Innovatie Coöperatie en velen anderen.

4. Precisielandbouw op De Marke
We zetten techniek in en verzamelen data om de specifieke behoeften van gewassen en de veestapel helder te krijgen en te optimaliseren. Dit vertaalt zich bijvoorbeeld in nauwkeurige metingen van onder andere grond, water, gewassen, broeikasgassen, melkgiften en individueel koegedrag.
Agro-innovatiecentrum De Marke gebruikt precisielandbouw om aan emissiedoelen te voldoen en de inzetbaarheid en werkbaarheid van techniek voor melkveehouders en agrariërs te onderzoeken. Veel nieuwe technologie is nog niet ‘praktijkrijp’, waarbij wordt gekeken naar de toegevoegde waarde voor de optimalisering van natuurinclusieve-, klimaat slimme- en kringlooplandbouw. Het doel is niet enkel en alleen om data te verzamelen, maar om inzichten te creëren waar agrariërs iets mee kunnen.
Bij De Marke wordt technologie getest en gevalideerd die wellicht nog in de kinderschoenen staat of nog onbekend is bij melkveehouders en agrariërs. Het doel is hierbij te onderzoeken of er toegevoegde waarde is én waar die dan zit.

Innovatie: Samenwerkende robots
Interoperabiliteit maakt het mogelijk dat robots niet alleen naast elkaar, maar ook mét elkaar kunnen werken. Door gedeelde kaartdata, real-time communicatie en uitgebreide virtuele testmogelijkheden wordt het erf een gecoördineerde, geoptimaliseerde en toekomstbestendige werkomgeving waar technologie de melkveehouder ondersteunt in zijn dagelijkse taken.
Momenteel "praten" robots van verschillende leveranciers nog niet met elkaar. Om eerste stappen te zetten naar deze "interoperabiliteit", is van het erf van De Marke een gedetailleerde digitale 3D-kaart gemaakt; een "point cloud" genoemd. Deze wordt verwerkt tot een levensechte simulatie, vergelijkbaar met Farm Simulator. Robots die rond gaan rijden in deze simulatie kunnen bijvoorbeeld de locatie naar elkaar toe sturen in een uitwisselbaar formaat. Zo weten ze van elkaar waar ze zich bevinden en kunnen ze voorrang verlenen waar nodig.
Interoperabiliteit gaat verder dan alleen dat, denk bijvoorbeeld aan managementoverwegingen: de mestschuif die net achter het voerhek schuift wanneer er voer wordt voorgedraaid of voer dat wordt aangeschoven wanneer er net nieuw voer ligt. Deze coördinatie vereist dat robots continu informatie uitwisselen over hun locatie, snelheid en geplande handelingen. Hier liggen veel onderzoeksuitdagingen, zowel in de ontwikkelfase als in de validatiefase. Doordat we het eerst in een simulatie uittesten, voorkomen we onnodig risico op botsingen en ongelukken.

1. De kringloop op De Marke
Agro-innovatiecentrum De Marke onderzoekt hoe de mineralenkringloop op melkveebedrijven zo goed mogelijk kan worden gesloten. Het doel: de milieu-impact verkleinen met minder kunstmest en krachtvoer, en stikstof- en fosfaatverliezen op zandgronden beperken. Dit uit zich voornamelijk in het dagelijkse management van de boerderij.
De mineralenhuishouding staat al meer dan 30 jaar centraal op De Marke. Mineralen komen binnen via krachtvoer en kunstmest en verlaten het bedrijf voornamelijk via melk. Om dit goed te volgen worden productstromen gewogen en bemonsterd, en worden verliezen naar bodem, water en lucht nauwkeurig gemeten, met behulp van sensoren en monsternames. Dankzij deze informatie, wordt de mineralenbalans berekend op verschillende niveaus, zoals dier, gewas, perceel en bedrijfsniveau. Zo ontstaat inzicht in hoe mineralen beter benut kunnen worden. De resultaten worden overzichtelijk weergegeven met de KringloopWijzer.
Een aantal praktische voorbeelden waar op De Marke rekening mee wordt gehouden zijn: goed vloermanagement, doordacht bemestingsplan, passend teeltplan en uitgebalanceerd rantsoen.
Innovatie: Continue monitoring van ammoniakemissie
In systeemonderzoek is continue dataverzameling, data-integratie en -interpretatie steeds belangrijker. Op De Marke is de emissie van ammoniak een belangrijke KPI en worden managementmaatregelen ontwikkeld en geïmplementeerd om hier actief op te sturen. De emissiefactor voor het stal- en vloertype van De Marke bedraagt 11,8 kg ammoniak per dierplaats per jaar. De emissie die daadwerkelijk wordt gerealiseerd is fors lager. In de afgelopen vijf jaar zijn reducerende maatregelen ontwikkeld en onderzocht en direct geïmplementeerd in de melkveestal. In 2024 was ons jaargemiddelde stalemissie “slechts” 5,0 kg ammoniak per dierplaats.
Geïmplementeerde maatregelen hebben onder meer betrekking op: optimalisatie van het rantsoen (lager eiwitgehalte in de voeding), vloerreiniging met een automatische schuif, gebruik van een waterdruppelinstallatie (om de vloer nog schoner te krijgen, het stikstofgehalte van mest te verdunnen en vorming van een “mestfilm” op de vloer tegengaan), weidegang en het afstemmen van ventilatie op seizoens- en weersinvloeden.
Ammoniak emissiereductie wordt op De Marke samen onderzocht met andere belangrijke doelen zoals op methaanemissie, diergezondheid en dierenwelzijn en economisch rendement.

2. Natuuronderzoek op De Marke
Agro-innovatiecentrum De Marke zoekt naar manieren waarop landbouw en natuur elkaar versterken. We kijken naar thema’s als biodiversiteit, bodem, water, lucht en landschap. Het doel: een landbouw die in balans is met de natuur, oftewel natuurinclusieve landbouw.
Een voorbeeld hiervan is de Houtwal 2.0, die begin 2024 is aangelegd. Daarnaast zetten we kruidenrijk grasland in, dat de biodiversiteit vergroot én de behoefte aan kunstmest verlaagt.
De Marke draagt ook bij aan natuurbeleving. Zo is er een wandelpad van 5,5 km langs sloten, poelen, heggen, houtwallen en akkerranden. Deze groene en blauwe structuren versterken de ecologische diversiteit en verhogen de kwaliteit van het landschap.

Innovatie: Houtwal 2.0
Sinds het ontstaan van de landbouw maken bomen en struiken een integraal onderdeel uit van het boerenbedrijf, zeker in de Achterhoek. Geriefhoutbosjes en andere beplantingsvormen met hakhout dienden om stook- en geriefhout te leveren voor de verkoop of voor dagelijks gebruik op de boerderij. Voor de komst van het prikkeldraad hadden houtwallen en heggen in de veehouderij tevens een functie als erfafscheiding en veekering.
In 2024 is de Houtwal 2.0 aangelegd bij Agro-innovatiecentrum De Marke en bij twee melkveehouders in de Achterhoek. In het project Houtwal 2.0 wordt onderzocht hoe landschapselementen zo te situeren en vorm te geven, dat ze naast het verhogen en verbinden van biodiversiteit op het bedrijf en de omgeving, ook functionele waarden hebben voor de bedrijfsvoering van een melkveehouderij. Dat kan zijn op het vlak van veevoeding en dierenwelzijn, maar ook milieukwaliteit en klimaat. Binnen het project zijn meerdere varianten ontwikkeld en getest. In de vervolgfase wordt gekeken hoe de beplanting aanslaat en worden adviezen opgesteld voor optimaal gebruik en beheer van voederhagen door melkveehouders.
Zo krijgt een eeuwenoude traditie een moderne invulling en wordt bijgedragen aan een duurzame toekomst voor landbouw én landschap.

3. Klimaatonderzoek op De Marke
We kijken naar klimaatadaptatie en -mitigatie. Hier is niet alleen het verlagen van de emissie van broeikasgassen, maar ook aanpassen aan klimaatverandering. Zo worden er andere - vernieuwende - gewassen geprobeerd, die beter geschikt zijn voor het warmer wordende klimaat, of gewassen die helpen bij koolstofvastlegging in de bodem.
Om emissies te verlagen, wordt onder andere water gedruppeld op de vloer, loopt de mestschuif ieder uur en wordt gekeken naar de ideale weersomstandigheden om mest toe te dienen aan het land. Het rantsoen van de koeien bevat een lage hoeveelheid ruw eiwit, dit zorgt voor een lagere ammoniakemissie en vermindert de nitraatuitspoeling bij beweiding. Met behulp van zogenaamde ‘meetweken’, wordt iedere week gekeken naar de voeropname, -efficiëntie en uitstoot van de koeien, zodat tijdig kan worden ingegrepen.
Om aan te passen aan klimaatverandering worden er verschillende innovatieve adaptatie maatregelen getest. Een voorbeeld hiervan zijn droogteresistente graskruidenmengsels en gewassen. Daarnaast wordt er onderzoek gedaan naar het aanbrengen van klei op zandgrond in gras- en bouwland, om langdurige effecten op bodemstructuur, vochtbergend vermogen en bewortelbare zone te onderzoeken.

Innovatie: Co-creatie biobased vergaderpaviljoen 2.0
In de regio Achterhoek was de behoefte om te starten met een biobased bouwketen van boer tot bouwer. Agro-innovatiecentrum De Marke vindt het belangrijk om samen te werken in dit soort initiatieven en er was behoefte aan meer ontmoetingsruimte op De Marke. Op vrijdag 21 juni 2024 is het Biobased Vergaderpaviljoen 2.0 op Agro-innovatiecentrum De Marke officieel geopend. Een vrijstaande vergaderruimte voor circa 10 personen die nagenoeg 100% biobased en volledig klimaatpositief is. In het gebouw is circa 0.9 hectare aan gewassen uit de Achterhoek verwerkt waarmee 9 ton CO2 opslag wordt gerealiseerd.
Aan de realisatie van dit paviljoen hebben meer dan 60 partijen samengewerkt, van boer tot bouwer. Samen aan de slag, ontwikkelen en leren! Dit noemen we “Vernieuwend Naoberschap”: het benutten van de regionale cultuur en traditie in combinatie met vernieuwingsdrang om zo samen de toekomst te ontdekken. Een sterke combinatie!
Het paviljoen is daarmee een startpunt en voorbeeld om te komen tot de opschaling naar een succesvolle biobased klimaatpositieve bouwketen. Het resultaat is een unieke samenwerking tussen Agro-innovatiecentrum De Marke (locatie), Van Campen Bouwgroep BV (eigenaar van het gebouw), De Innovatie Coöperatie en velen anderen.

4. Precisielandbouw op De Marke
We zetten techniek in en verzamelen data om de specifieke behoeften van gewassen en de veestapel helder te krijgen en te optimaliseren. Dit vertaalt zich bijvoorbeeld in nauwkeurige metingen van onder andere grond, water, gewassen, broeikasgassen, melkgiften en individueel koegedrag.
Agro-innovatiecentrum De Marke gebruikt precisielandbouw om aan emissiedoelen te voldoen en de inzetbaarheid en werkbaarheid van techniek voor melkveehouders en agrariërs te onderzoeken. Veel nieuwe technologie is nog niet ‘praktijkrijp’, waarbij wordt gekeken naar de toegevoegde waarde voor de optimalisering van natuurinclusieve-, klimaat slimme- en kringlooplandbouw. Het doel is niet enkel en alleen om data te verzamelen, maar om inzichten te creëren waar agrariërs iets mee kunnen.
Bij De Marke wordt technologie getest en gevalideerd die wellicht nog in de kinderschoenen staat of nog onbekend is bij melkveehouders en agrariërs. Het doel is hierbij te onderzoeken of er toegevoegde waarde is én waar die dan zit.
Innovatie: Samenwerkende robots
Interoperabiliteit maakt het mogelijk dat robots niet alleen naast elkaar, maar ook mét elkaar kunnen werken. Door gedeelde kaartdata, real-time communicatie en uitgebreide virtuele testmogelijkheden wordt het erf een gecoördineerde, geoptimaliseerde en toekomstbestendige werkomgeving waar technologie de melkveehouder ondersteunt in zijn dagelijkse taken.
Momenteel "praten" robots van verschillende leveranciers nog niet met elkaar. Om eerste stappen te zetten naar deze "interoperabiliteit", is van het erf van De Marke een gedetailleerde digitale 3D-kaart gemaakt; een "point cloud" genoemd. Deze wordt verwerkt tot een levensechte simulatie, vergelijkbaar met Farm Simulator. Robots die rond gaan rijden in deze simulatie kunnen bijvoorbeeld de locatie naar elkaar toe sturen in een uitwisselbaar formaat. Zo weten ze van elkaar waar ze zich bevinden en kunnen ze voorrang verlenen waar nodig.
Interoperabiliteit gaat verder dan alleen dat, denk bijvoorbeeld aan managementoverwegingen: de mestschuif die net achter het voerhek schuift wanneer er voer wordt voorgedraaid of voer dat wordt aangeschoven wanneer er net nieuw voer ligt. Deze coördinatie vereist dat robots continu informatie uitwisselen over hun locatie, snelheid en geplande handelingen. Hier liggen veel onderzoeksuitdagingen, zowel in de ontwikkelfase als in de validatiefase. Doordat we het eerst in een simulatie uittesten, voorkomen we onnodig risico op botsingen en ongelukken.
Follow De Marke on social media
Stay up-to-date and learn more about our research through our social channels.